Endometriose in de blaas
Endometriose in de blaas kan typische klachten geven zoals al dan niet aan de menstruatie gerelateerde pijn bij het plassen, bloed bij de urine of het gevoel te moeten plassen terwijl dat eigenlijk niet zo is.
KlachtenBij sommige vrouwen is de pijn zo ernstig dat ze rond de menstruatie zo weinig mogelijk drinken om maar niet te hoeven plassen.
DiagnostiekDe diagnostiek van endometriose in de blaas kan moeilijk zijn omdat het bij standaard lichamelijk onderzoek (onderzoek met de eendenbek en vaginaal toucher) vaak niet zichtbaar is. Op een echo kan een endometriosehaard in de blaas vaak wel worden gezien, evenals op een MRI. Wanneer er sprake is van doorgroei door de wand van de blaas kan tijdens een cystoscopie (kijkoperatie in de blaas) de endometriose ook aangetoond worden.
Medicamenteuze behandelingMedicamenteuze behandeling kan plaatsvinden op dezelfde manier als bij andere vormen van endometriose: met behulp van pijnstillers en/of middels hormonale behandeling.
Als gekozen wordt voor pijnstilling is dit meestal in de vorm van een combinatie van paracetamol en NSAIDs (bijvoorbeeld naproxen of diclofenac), eventueel aangevuld met morfine-achtige preparaten. Hormonale behandeling kan bestaan uit orale anticonceptiva (de pil), progestativa of een GnRH-agonist (bijvoorbeeld een injectie met lucrin of zoladex) .
Bij blaasendometriose is het echter relatief vaak zo dat het succes van een medicamenteuze behandeling beperkt is, en dat de klachten vaak weer terugkomen.
Operatieve behandelingAls er na overleg in het team van gynaecoloog, uroloog, de radioloog en eventueel de chirurg gekozen wordt voor chirurgische behandeling wordt gestreefd naar het volledig verwijderen van de endometriosehaard uit de blaas. Deze ingreep wordt door de gynaecoloog samen met de uroloog uitgevoerd. Met behulp van een laparoscopie kan, al dan niet met de operatierobot, de haard opgezocht worden en vervolgens uit de blaas verwijderd. Hierbij wordt de blaas geopend en na het verwijderen van de endometriose weer gesloten.
Afhankelijk van de locatie van de endometriose in de blaas, bijvoorbeeld dicht bij de uitmondingen van de beide buisvormige verbindingen tussen nieren en blaas (de ureters) zal eerder besloten worden tot interventie. Op deze plek in de blaas kan de endometriose namelijk sneller tot problemen aanleiding geven zoals verstoppen van deze buisvormige verbindingen met de nieren leidend tot nierafvloedbelemmering.
Vroege complicatiesNa een operatie kan er een blaasontsteking ontstaan. Dit kan het gevolg zijn van de aanwezigheid van de blaascatheter die standaard in de blaas wordt ingebracht bij iedere operatie, of van de ingreep aan de blaas zelf.
Late complicatiesOver het algemeen is het geen probleem om een deel van de blaaswand te verwijderen wanneer daar een endometriosehaard in zit, het is niet erg om een stukje van de blaas te missen.
Functiestoormis van de blaas. Wanneer de endometriosehaard gelokaliseerd is op een plaats waar zenuwen voor de bediening van de blaas zitten (het trigonum), kan bij chirurgische verwijdering van de haard zenuwschade optreden. Hierdoor kan de functie van de blaas in gevaar komen. Ook als de afwijking niet in of bij het trigonum zit kan soms toch zenuwschade optreden. Hierdoor kan het zijn dat na de operatie tijdelijk of langdurig het aandranggevoel om te moeten plassen verminderd is of verdwijnt. Hiervoor kan zelfcatheterisatie nodig zijn.
Lubricatiestoornissen. Tijdens de operatie kunnen er zenuwen beschadigd raken die betrokken zijn bij het vochtig worden van de vagina tijdens seksuele opwinding. Dit kan een tijdelijke of permanente verstoring geven waardoor de vagina minder vochtig wordt.
Blijvende klachtenBij een aantal vrouwen blijven de klachten ondanks het verwijderen van de endometriosehaard bestaan.
RecidievenNa het verwijderen van een endometriosehaard kunnen opnieuw klachten optreden, zeker wanneer er nog oestrogene activiteit is, dus bijvoorbeeld wanneer iemand de overgang nog niet achter de rug heeft. Het is daarom van belang om onder controle van een gynaecoloog (of een uroloog met affiniteit voor endometriose) te blijven en bij klachten aan de bel te trekken.
Geschreven door:
Annemiek Nap, gynaecoloog-VPG, RadboudUMC
Johann Rhemrev, gynaecoloog, Bronovo Den Haag